Ik ben Mieke, 67 jaar, en al heel mijn leven gebeten door een creatieve microbe.

 

Ik herinner me dat ik als kind in het zesde leerjaar bij Zuster Amata het meest genoot van de lessen "schoonschrift".

 

Met een kroontjespen voorzichtig doppen in de inktpot die in het midden van de lessenaar zat... spannend, want je wist nooit goed hoe diep je er in mocht gaan..., want je zag niet hoeveel inkt er nog in je potje was. Als er te veel inkt op je pen zat, dan veegden we ze even af aan de "pennenlikker" - een klein kaftje in leer met zeemleren velletjes in - die de inkt opslurpten alsof het een delicatesse was.

En dan mooi tussen vier lijntjes schrijven, twee dicht bij elkaar voor de gewone, kleine letters en twee verder uit elkaar om de hoogte van hoofdletters, stokken en staarten aan te geven.

En voor je het schriftje (meestal met spijt) dichtdeed, ging je er voorzichtig met een 'kladpapier' over met een tekening van een 'zaaiende man' (die van de schriftjes).

  

Ik besef dat ik toen al perfectionistisch was ingesteld. Het mocht niet fout gaan, alles mooi gelijk in een prettige kadans of ritme geschreven.

 

Ik kreeg veel tienen en was er erg goed in, waarschijnlijk omdat ik het zo graag deed!! Ik had het ganse dagen kunnen doen.

 

Later ging ik ook tekenen, vaak met potlood of pen.  Ik tekende het liefst portretten van bekende mensen, liefst karakterkoppen.  Aanmoediging kreeg ik thuis niet, want steevast zei mijn moeder : "je hebt toch een foto, waarom zit je dat nu over te tekenen?"  of nog erger : "heb je nu écht niets beters te doen?!"   Eind mijn tienerjaren smeet ze ongevraagd heel mijn oeuvre weg - al die (volgens haar vieze) mannen - de vuilbak in.  Daar heb ik traantjes voor gelaten!!

 

In het middelbaar begon ik met het verzamelen van teksten: citaten van grote schrijvers schreef ik in een klein boekje met ruitjesbladen. Ik zie het kleine schriftje nog zo voor me, maar ik ben het - jammer genoeg door het vele verhuizen denk ik - kwijtgespeeld. Ik zou er veel geld voor geven om het ooit terug tegen te komen... er stonden echt heel mooie dingen in (een verzameling van jaren)!

 

Ook poëzie kon mij bekoren. Ik schreef de gedichten die ik mooi vond en her en der in boeken uit de bibliotheek vond, over op een apart blad, kleefde het op een mooi gekleurd tekenpapier en paste er een fotootje bij uit een tijdschrift. En zo maakte ik een ganse kaft... .  De teksten waren nogal zwaarmoedig als ik er nu op terug kijk, maar mijn jeugd was dan ook niet zo gelukkig.  Ze verwoorden de gevoelens waar ik in mijn tienerjaren mee worstelde...

 

Mijn eigen handschrift vervormde ik tot een soort kalligrafisch schrift, al was ik me toen nog niet bewust van het feit dat kalligrafie bestond.   Het had wat weg van het handschrift van monniken.

 

Eens 20 jaar schreef ik hiermee de titels in de kaften waarin Rup (mijn echtgenoot) zijn postzegels bewaarde. Amateuristisch, maar - al zeg ik het zelf - het mocht toch wel gezien worden.  Ik ben er uren zoet mee geweest en was wat trots op het resultaat!

 

En dan een hele tijd niets meer... hard werken, een boerderijtje renoveren, verhuizen van Antwerpen naar Meldert (Limburg), een kindje kopen en grootbrengen,... .  Geen tijd voor schrijven, poëzie of kaftjes aanleggen, zelfs niet om te tekenen... .

 

In 1984 werd ik ziek - volledig opgebrand... Dat heb je zo met perfectionisten - alles goed willen doen, altijd tijd tekort voor 't werk, maar ook voor thuis, gecombineerd met veel stress, veel roken en koffie drinken, weinig eten en plots ging het licht uit...!  Een jaar ben ik in ziekteverlof geweest. Ik kon amper uit bed of uit de zetel.

 

Op 't laatste van dat jaar - toen ik al wat aan de beterhand was - greep ik terug naar het tekenen. Opnieuw ervaarde ik het deugddoend gevoel wanneer je zo gefocust bent, dat je nog weinig of geen contact meer hebt met de buitenwereld, absoluut geen tijdsbesef meer hebt (vandaar het gezegde : de tijd staat stil) en helemaal opgaat in wat je aan 't doen bent. Heerlijk, zo ontspannend!!  

 

In 1985, toen ik stilaan aan de beterhand was, kwam ik op het Begijnhof in Diest iemand tegen die mij aansprak over kalligrafie en ik begon mijn eerste cursussen te volgen, eerst bij Godelief Tielens in Diest, nadien bij Marion Stoffels in Antwerpen, Ann Arnauts in Merksem, enz... .

Die passie heeft mij ondertussen nog steeds niet losgelaten.  Het was als thuiskomen...

 

Eerst schreef ik op allerlei papiersoorten en liet mijn werken mooi inkaderen, een hele investering als je productief bent! Ik had enkele tentoonstellingen en nam deel aan kunstmarkten, maar de kaders geraakten tijdens het vervoer vlug beschadigd (en dus onverkoopbaar). Het viel toen weer wat stil.

 

In 1992 kwam ik in kontakt met Dan, heel toevallig.  Mijn man exposeerde met zijn bierverzameling op een hobbybeurs en Dan zat een verdieping lager te demonstreren hoe je parfumflesjes uit klei draait.  Ik ben die dag als een magneet naar hem toegetrokken geweest.  Zo fascinerend om te zien hoe aan een top van een kleiberg een miniflesje werd gedraaid.

Enkele dagen later zag ik een aankondiging voor een kleidag voor kinderen en sleepte zoon Bram er mee naar toe, jaloers omdat ik zelf liever aan de slag wilde gaan.  

Toen bleek dat Dan ook een cursus aan volwassenen gaf, heb ik me direct ingeschreven, samen met heel wat andere creatievelingen én met een duidelijke keuze voor draaien aan de schijf.

Na verloop van tijd kocht ik een eigen elektrische draaischijf en ging thuis aan de slag. Een nieuwe passie was geboren!!

Op aangeven van Dan ging ik op zoek naar de combinatie van kalligrafie en keramiek. Volgens Dan zou dit een sterkte kunnen zijn, omdat niet iedere keramist kalligrafie kan, kwestie van je een beetje te kunnen onderscheiden en een persoonlijke touch te kunnen geven aan je werk...  Het pottendraaien zelf was een proces van vallen en opstaan, maar Dan bleef me aanmoedigen en ik geraakte er op de duur goed mee weg...

 

Het was nochtans niet zo'n simpele uitdaging om keramiek en kalligrafie te combineren. De eerste probeersels met onderglazuur waren m.i. echt niet fijn genoeg. Ik moest trouwens ineens overschakelen van pen naar penseel en moest dus helemaal opnieuw leren schrijven en dan nog met een dikke pap (engobe).

 

Tot we de idee kregen om potten in rood- en bruinbakkende klei te bespuiten met een dun laagje (andersgekleurde) engobe en daar vervolgens met een naald of heel scherp voorwerp in te krassen. Plots kon ik op deze wijze terug zeer fijn werken en zelfs al moest ik de letters meer tekenen en uitkrassen dan echt schrijven, het was zalig om te doen!  De resultaten staan onder 'keramiek'. Jammer dat ik destijds niet meer foto's trok van mijn werkjes, want het waren één voor één allemaal schalen en potten waar uren aan gewerkt werd en die echt uniek waren omdat ik ze maar éénmaal maakte.

 

Ondertussen schrijf ik ook op andere dragers dan papier of klei, bv. op keitjes (reuzeleuk en ze kunnen tegen een stootje), hout, doek, steen of MDF.

 

In Sylart te Nijlen leerde ik collages maken van eigen kalligrafische teksten en texturen. Die worden gekleefd op kartonnen, of houten (gekochte) voorwerpen en nadien ingekleurd. Weer zalig om te doen...!

 

Ondertussen ben ik gestopt met pottendraaien. Ik mis het gevoel van potten te vormen op de schijf of een schaal te voelen opengaan onder mijn vingers, maar mijn lijf laat me in de steek, dus ben ik hiermee moeten stoppen.

 

De laatste jaren val ik weer terug op kalligrafie, ga ik op zoek naar de mooiste papiersoorten in gans Vlaanderen en kijk ik toch weer uit of er geen interessante cursussen zijn om nog te volgen.

 

En zo kwam ik terecht bij Kristien Braet in Rumst, waar ik een workshop "lichtobjecten maken" volgde. Ik was direct gefascineerd...  Met natuurlijke materialen (oa. biezen) wordt een skelet aan elkaar gesjord met koordjes en nadien bekleefd met papier.  De ideeën zijn eindeloos, de uitvoering is reuzeleuk om te doen en de voorlopige resultaten vind je terug onder "Papierkunst".

 

Daarna volgde ik ook nog een cursus 'schalen maken in papier' bij Frieda Dils in Geel. En ook dat is weer reuzeleuk...

 

Sedert juni 2014 ben ik met pensioen.  Het veelbesproken 'zwarte gat' heb ik nog niet gevonden, integendeel...  Plots is er veel tijd om ook gedurende de dag cursussen te volgen en er kwamen weer nieuwe lesgevers op mijn pad : Jes Liossatos, An Vanhentenrijk, Griet Cockaerts, Elmo Van Slingerland, Jurgen Vercaemst, Yves Leterme, Bernadette D'Haese en Wilbert Wegman.  

 

Via facebook legde ik kontakten met kalligrafen over heel de wereld en het is een plezier te zien hoe in alle delen van de wereld 'het schrijven' nog steeds zoveel mensen begeestert.

 

De recente coronaperiode bracht eerst een periode van veel tijd, waarbij ik werkte aan een boek (waarin ik papier en textiel combineerde) en op uitnodiging een beschreven kimono maakte ifv. een tentoonstelling.

Later kwam er plots een groot aanbod van onlinecursussen van internationaal bekende kalligrafen.  Ik ging er gretig op in en volgde lessen bij Gabriela Soba, Massimo Pollelo, Mari Bohley en Yukimi Annand, Amiity Parks, Elisabeth Couliogner, Joy Daniels en Marina Soria.

 

Eén constante blijft in mijn leven : mijn hart en ziel leggen in een (kunst)werkje alsof het het laatste is dat ik ooit zal maken. Dikwijls gecombineerd met (wat diepzinnigere) teksten - als tegengewicht voor het vluchtige leven dat we leiden. Stilstaan, mijmeren, dromen, aanmoedigen,... en mensen 'raken' (op één of andere manier). Het is zo fijn om dan iemand te ontmoeten die dit kan waarderen, die daar blij mee is als hij/zij een persoonlijk, uniek werkje als geschenk krijgt, een aankoop bij me doet of een persoonlijke opdracht geeft.

 

Mijn lievelingstekst blijft voorlopig het bekende lied van Bram Vermeulen : "ik heb een steen verlegd in een rivier op aarde... ". 

 

Laat mijn creativiteit een klein steentje zijn dat ik verlegd heb gedurende mijn leven... en dat voor sommigen - op één of andere manier - is bijgebleven...

 

 

 

 

Wordt vervolgd...

 

Mieke